Alleen een structureel preventieaanbod is effectief
Preventie in de zorg is succesvol bij een structureel en programmatisch aanbod van maatregelen, zoals dat gebeurt bij de bevolkingsonderzoeken (naar bijvoorbeeld baarmoederhalskanker) en het Rijksvaccinatieprogramma. De behandelingen zijn dan effectief, de kosten en baten in balans en een groot deel van de doelgroep wordt bereikt. Het huidige aanbod van preventieve interventies is echter sterk versnipperd en bereikt maar een deel van de doelgroep. Dat concludeert het Rijksinstituut voor Volks-gezondheid en Milieu (RIVM) in het rapport ‘Preventie in de zorg’.
De onderzoekers geven aan dat voor een succescolle programmatische uitvoering van preventie onder meer “een structurele vergoeding voor degene die de maatregel aanbiedt (bijvoorbeeld de huisarts) en een kosteloze deelname voor de gebruiker, zoals bij de griepprik” van belang is. Ook is een goede infrastructuur van belang die aansluit bij de dagelijkse routine in de praktijk. Verder is het raadzaam de maatregel vanuit de eerste lijn aan te bieden, met de huisarts als spil. Ook specifieke aandacht aan moeilijk bereikbare risicogroepen is gewenst.
Een globaal beeld geeft aan dat in 2011 een kleine 3% van de zorguitgaven in Nederland aan preventie werd toegerekend. In deze berekeningen zijn onder meer de kosten van GGD-en, bevolkingsonderzoeken en tandartscontroles meegenomen, maar bijvoorbeeld niet de leefstijlbegeleiding door huisartsen.
In de toekomst zullen meer mensen in een voorstadium van een ziekte al worden behandeld. Dat gebeurt nu al bij prediabetes. Dit zal leiden tot stijgende statistieken van mensen met een chronische ziekte. Toch kan er dan sprake zijn van gezondheidswinst, wanneer een interventie eerder in het ziekteproces effectiever en minder ingrijpend is dan een behandeling later in het ziekteproces.
(Bron: RIVM, 29 oktober 2013 en Zorgkrant, 30 oktober 2013)