Contactpuntverlies tussen implantaten en gebitselementen
Approximaal verlies van het contactpunt tussen implantaatgedragen kronen en natuurlijke gebitselementen vindt plaats in 44,2% van de mesiale en 27,5% van distale contactpunten bij implantaten die geplaatst zijn in de zijdelingse delen. Leeftijd, regio, geslacht of locatie in de kaak waren niet van invloed. Dit volgt uit een systematisch literatuuronderzoek naar de vraag wat de prevalentie is van contactpuntverlies tussen natuurlijke gebitselementen en implantaatgedragen kronen.
De resultaten uit het onderzoek zijn gebaseerd op 15 klinische onderzoeken met een hoge heterogeniteit en het ontbreken van een consensus over wat de beste manier is om het contactpunt te evalueren. Flossdraad, shimlock occlusiepapier of tofflemire martixbandjes werden gebruikt in de verschillende onderzoeken.
De veranderingen in het contactpunt traden al op in de eerste 3 maanden na plaatsen en namen met de tijd toe. Ondanks meerdere pogingen de oorzaak te achterhalen is er nog geen eensluidende verklaring. De meest geaccepteerde theorie is dat implantaten zich gedragen als een ankylotisch gebitselement waardoor ze veel minder verticaal bewegen tijdens kauwen en dat er geen sprake meer is van de zogenoemde mesial drift. Dit laatste is echter geen verklaring voor het optreden van contactpuntverlies aan de distale zijde. Wellicht dat het materiaal van de kroon, hierin een rol speelt door het optreden van approximale slijtage als gevolg van een hogere abrasiviteit van de implantaatkroon ten opzichte van het glazuur.
(Bron: J Prosthodont, 4 oktober 2023) | (Beeld: Shutterstock)
Dit bericht delen op sociale media? Klik op de deelknop links in beeld en kies uit Facebook, Twitter of Linkedin.