Exposure helpt kinderen hun angst te overwinnen
Gecontroleerde blootstelling aan hetgeen waar een kind bang voor is – exposure - is een zeer effectieve behandelmethode binnen de cognitieve gedragstherapie, stelt Rachel de Jong in haar proefschrift waarop zij promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen.
De Jong onderzocht waarom een groot deel van de kinderen die met cognitieve gedragstherapie worden behandeld voor hun angststoornis, niet (volledig) herstelt. Onderdeel van deze therapie is exposure, maar uit De Jongs onderzoek onder Nederlandssprekende therapeuten bleek dat maar 1 op de 2 kinderen dit krijgt aangeboden in de behandeling van hun angststoornis. Behandelaars kozen vaker cognitieve en ontspanningstechnieken vanwege hun negatieve opvattingen over exposure.
Uit vervolgonderzoek bleek dat behandeling met alleen exposure net zo effectief is als exposure gecombineerd met andere technieken. De Jong concludeert dat voor een kortere en effectieve behandeling van angst de cognitieve gedragstherapie beperkt zou kunnen worden tot exposure. Daarbij wordt aangeraden dat de behandelaar of ouder aandacht heeft voor zowel het angstgevoel als de beangstigende verwachting. Dit kan door voor en na een exposure-oefening te bespreken wat (niet) gebeurd is en waarom (niet). Exposure kan het best in zoveel mogelijk verschillende situaties worden geoefend. Zo wordt terugval voorkomen en onthoudt het kind wat het tijdens de behandeling heeft geleerd.
(Bron: RUG, 3 november 2021)