Genen voorspellen lymfeklieruitzaaiing
Promotie M.J.A.M Clausen
Met de detectie van een aantal veranderingen in de genen kan de aanwezigheid van lymfeklieruitzaaiingen worden voorspeld bij patiënten met een mondholtetumor. Dit concludeerde Martijn Clausen naar aanleiding van zijn promotieonderzoek aan het Universitair Medisch Centrum Groningen.
Jaarlijks worden in Nederland ongeveer 1.500 nieuwe patiënten gediagnosticeerd met tumoren in de mondholte. De helft van deze patiënten heeft metastasen in de lymfeklieren in de nek, die vaak niet worden opgemerkt. Door het onopgemerkt blijven van deze metastasen nemen de overlevingskansen aanzienlijk af. Het onderzoek van Clausen was gericht op de identificatie van epigenetische biomarkers (genetische meetbare indicatoren van een toestand of conditie) die een voorspellende waarde hebben voor het optreden van uitzaaiingen van primaire tumoren in de mondholte. Hiermee kan in een vroegtijdig stadium de juiste behandeling worden gestart. Tevens biedt het de mogelijkheid juist af te zien van de preventieve verwijdering van de lymfeklieren in de hals.
Voor zijn onderzoek maakte Clausen gebruik van een patiëntendatabase met daarin gegevens van mensen die tussen 1997 en 2008 behandeld zijn voor een mondholtetumor. Verschillende analyses van het aanwezige weefsel en DNA leidde tot de identificatie van een aantal genen die kunnen dienen als mogelijke biomarker voor het ontstaan van metastasen.
Naast metastasering is terugkeer van de tumor na resectie een probleem bij mondholtekanker. Ook hiervoor werden biomarkers geïdentificeerd. Deze konden aangetoond worden in het speeksel van behandelde patiënten dat werd afgenomen tijdens hun controlebezoek. De hoopgevende resultaten uit het promotieonderzoek moeten nog verder getest en gevalideerd worden in klinisch onderzoek.
Op 5 februari 2020 promoveerde Martijn J.A.M. Clausen aan de Rijksuniversiteit Groningen op zijn proefschrift ‘Tumor methylation markers and clinical outcome of primary oral squamous cell carcinomas’. Promotoren waren prof. dr. E.M.D. Schuuring en prof. dr. J.L.N. Roodenburg.