Infrapostitie van implantaten neemt toe met de jaren

De natuurlijke eruptie van blijvende gebitselementen zorgt voor een toenemende infrapositie van implantaatgedragen kronen in het front. De gemiddelde toename van de infrapositie was 0,08 mm per jaar en varieerde in millimeters, over een periode van 1-15 jaar, van geen tot 1,67 mm infrapositie. De infrapositie verliep sneller bij mensen die op jongere leeftijd een implantaat kregen dan oudere patiënten. Ook de uitgestelde belasting van het implantaat zorgde voor een versnelde infrapositie.

Polymeri et al analyseerden de gegevens van 76 patiënten gedurende een periode van 15 jaar. Infrapositie werd gedefinieerd als de afstand tussen de overgang van implantaat naar abutment en de glazuur-cementgrens van het buurelement op een röntgenopname.

Het optreden van infrapositie verschilde aanzienlijk tussen patiënten, waarbij vooral de factor leeftijd tijdens implanteren van belang leek. Jongere patiënten, maar wel uitgegroeid (gem. 31 jaar), vertoonden een snellere toename in infrapositie dan oudere patiënten. Het plaatsen van een implantaat direct na extractie of pas na genezing van de wond, bleek ook een rol te spelen. Uitgestelde plaatsing van een implantaat droeg bij aan een snellere infrapositie. Andere factoren, zoals implantaattype, chirurgisch protocol en geslacht, bleken geen significante rol van betekenis te spelen.

Op de lange termijn zullen implantaatgedragen voorzieningen in het front de esthetiek verstoren. Gelukkig is de verstoring in de meeste gevallen beperkt en kan dit restauratief worden opgelost. Het is goed om, vooral jonge patiënten, te wijzen op de mogelijkheid dat het behaalde resultaat in de toekomst niet langer voldoet.

 (Bron: Int J Oral Maxillofac Implants, maart 2020)