Jong geleerd is oud gedaan: we kunnen niet vroeg genoeg beginnen met preventie
Congresverslag
Het onderwerp kindertandheelkunde in de dagelijkse praktijk voor de allerjongste kinderen tot 4 jaar stond op vrijdag 7 oktober centraal bij het door Bureau Kalker georganiseerde congres Kindertandheelkunde 2022. Dat voor het bereiken van een goede mondgezondheid van de jongste patiënten het hele behandelteam belangrijk is, bleek uit de diversiteit aan onderwerpen die in de loop van de dag behandeld werden.
Gedrags- en communicatiedeskundige Ingrid van Essen kwam meteen met een bekentenis: ze was als kind al flink bang voor de tandheelkundige behandeling. Groot was dan ook haar opluchting toen ze met haar kinderen naar een tandarts ging die naar haar verhaal luisterde. Ze adviseerde de zaal naar patiënten te kijken met een systemische blik: mensen zijn meer dan hun gedrag, iedereen heeft een verhaal. Een vertrouwensrelatie tussen zorgverlener en patiënt is hierbij essentieel: contact vóór contract. Een interactief voorbeeld toonde aan dat als er aandacht gaat naar dingen die goed gaan, dit een verbindende werking heeft.
Na deze lezing over do’s en don’ts in de communicatie kwam meteen de tweede enthousiaste spreker, kindertandarts Lina Jasulaityte. Met haar positieve benadering liet ze zien dat in de dagelijkse praktijk de levens van kinderen en ouders positief beïnvloed wordt door het toepassen van bewezen preventiestrategieën. Dat er nog veel te winnen is bij de mondzorg van deze jongste patiëntengroep, liet ze zien aan de hand van de recentste cijfers van het Signalement Mondzorg: 25% van de jonge kinderen heeft al op 5-jarige leeftijd minimaal 1 caviteit. Hoewel deze ziekte te stoppen of te vertragen is door gedragsverandering, kan dit niet alleen door het geven van adviezen bereikt worden. De beroepsgroep moet zijn aanpak veranderen om cariës bij kinderen te voorkomen. Lina liet aan de hand van voorbeelden uit haar eigen praktijk zien hoe ze dit aanpakt met onder andere de sandwichtechniek bij communicatie. Door het toepassen van Gewoon Gaaf op gezinsniveau en NRCT op gebitsniveau, hoeft ze minder vaak restauratief in te grijpen dan een aantal jaren geleden.
Na een verkwikkende pauze was het de beurt aan kindertandarts en universitair hoofddocent Clarissa Bonifácio. Zij lichtte de risicofactoren en diagnose van cariës in de eerste levensfase toe. Ze benadrukte aan de hand van informatie over de eerste 1.000 dagen van een kind dat niet vroeg genoeg kan worden begonnen met preventie. Zo kwam onder andere het effect van het dieet van de moeder op de (mond)gezondheid van het kind ter sprake. In vogelvlucht voerde ze het publiek langs cariësdiagnostiek en fluorideprotocollen. Duidelijke take home messages voor het publiek: start met preventie vanaf de zwangerschap, richt je op 5 voedingsmomenten voor het kind, let op ontkalkingen en geef aanvullend fluorideadvies bij cariësactiviteit.
Levensmiddelentechnoloog en gewichtsconsulent Michelle van Roost sprak vervolgens over de ‘voedingsjungle’ waarmee ouders en kinderen tegenwoordig te maken krijgen. Aan de hand van praktische tools en ideeën vertelde ze hoe een gezond eetgedrag bij kinderen kan worden ontwikkeld vanaf de geboorte. De aansluitende lezing van Dien Gambon over erosieve gebitsslijtage sloot hier perfect bij aan. De klinische kenmerken, etiologie en risicofactoren van dit groeiende probleem kwamen aan bod. Met enkele voorbeelden werd duidelijk dat het niet altijd makkelijk is om in te schatten of voedingsmiddelen een lage pH hebben. Dit was voor de zaal soms flink schrikken.
De laatste lezing van de dag werd door het duo Arie Riem en Clarissa Bonifácio gegeven. Zij lieten zien dat als er bij kinderen met cariës invasief ingegrepen moet worden, dit vaak minimaal invasief kan worden uitgevoerd. De indicaties voor behandeling volgens onder andere de NRCT-methode, ART-restauraties en de Hall-techniek kwamen aan bod. Uiteindelijk met als doel het bereiken van ‘dentopia’: de ziekte cariës de baas zijn en blijven.
Samenvattend toonde deze congresdag aan dat er nog veel te leren is voor alle mondzorgverleners rondom de mondzorg voor kinderen. We kunnen met preventie van mondziekten, in een goede vertrouwensrelatie met de ouders, niet vroeg genoeg beginnen. We moeten als mondzorg nieuwe wegen inslaan, want zoals Einstein al zei: "als we doen wat we altijd deden, krijgen we wat we altijd kregen".
dr. Catherine Volgenant, redacteur
(Beeld: Bureau Kalker)