Lessen voor aanpak hoge geneesmiddelenprijzen
Ellen ’t Hoen meent dat de hiv/aids-aanpak gevolgd moet worden voor het wereldwijd mensen toegang geven tot betaalbare medicijnen. Ook pleit zij voor overheidsmaatregelen die ervoor zorgen dat medicijnen die met publiek geld zijn ontwikkeld tegen een redelijke prijs worden aangeboden.
In de jaren 1990 stierven elke dag 8.000 mensen in ontwikkelingslanden aan hiv/aids omdat er geen betaalbare medicijnen voor hen waren. Fabrikanten vroegen € 15.000,- per patiënt per jaar voor medicijnen die voor € 50,- konden worden geproduceerd. Internationale organisaties, zoals de Wereldgezondheidsorganisatie en de Wereldhandelsorganisatie, namen toen maatregelen waardoor de prijs van aidsmedicactie zakte naar € 80,- per patiënt per jaar.
Inmiddels zijn hoge geneesmiddelenprijzen ook een probleem in rijke, westerse landen. Dat komt door de monopoliepositie die de fabrikant heeft als gevolg van een patent, dat de houder het recht geeft concurrenten van de markt te weren en dus zelf de prijs te bepalen. Als oplossing voor de hiv/aidsgeneesmiddelencrisis maakten nationale overheden gebruik van flexibiliteiten in het patentrecht (zogenaamde TRIPS-flexibiliteiten). Hieruit kunnen lessen worden getrokken voor de aanpak van hoge geneesmiddelenprijzen vandaag de dag.
’T Hoen promoveerde op 9 april 2018 aan de Rijksuniversiteit Groningen op dit onderwerp.
(Bron: RUG-nieuws, 4 april 2018)