Monitor NZa Orthodontie na tariefswijzigingen
Orthodontiepraktijken hebben niet te lijden onder de lagere tarieven. Dat blijkt uit de monitor orthodontie van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Hoewel de tarieven tussen 2011 en 2013 met 32% daalden, bleef de omzet van praktijken min of meer gelijk. Ten opzichte van 2011 is de totale omzet van orthodontiepraktijken zelfs licht gestegen. Dat is opvallend, omdat de tarieven juist zijn gekort. Orthodontisten verklaren het verschil voor een deel doordat er andere beugels zijn geplaatst. Deze beugels zijn gemiddeld duurder dan de beugels die eerder werden gebruikt. De kosten van materiaal en techniek zijn ook toegenomen. Ook kiezen patiënten zelf bewust voor innovatieve en mooiere beugels.
De NZa heeft aan de beroepsorganisaties KNMT en ANT gevraagd hoe het kan dat de omzet stijgt als de tarieven fors dalen. Doel van de prijsverlagingen was immers dat behandelingen bij de orthodontist betaalbaar blijven. Consumenten lopen het risico dat hun verzekering niet alle kosten van de behandeling dekt en dat zij zelf moeten bijbetalen. Het gebruik van dure beugels kan er ook toe leiden dat de premie stijgt. Dat baart de NZa zorgen. De NZa wil graag weten of consumenten inderdaad bewust kiezen voor een duurdere beugel omdat die beter of mooier is. In samenwerking met de Consumentenbond is daarom een meldactie gestart die duurt tot eind april. Op basis van de uitkomsten bekijkt de NZa of er maatregelen nodig zijn.
(Bron: NZa, 20 maart 2015)