NZa scherpt regels orthodontie aan
NZa past de tarieven aan voor het plaatsen van de beugel. Hiermee wordt de financiële prikkel kleiner om een beugel in 2 zittingen te plaatsen. Ook de regels voor het in rekening brengen van de materiaalkosten van een slotjesbeugel veranderen. De aanpassingen gaan in per 2016.
Uit het NZa-rapport ‘Trends en toegankelijkheid in de orthodontische zorg’ (maart 2015) blijkt dat het aantal beugels dat in 2 keer wordt geplaatst bij patiënten, fors groeit. Dit kan voor een deel worden verklaard uit de nieuwe behandelmogelijkheden, maar er zijn ook veel signalen die erop wijzen dat zorgverleners dit doen vanuit financiële motieven. Door bijvoorbeeld eerst de bovenkaak te behandelen en een paar maanden later de onderkaak, kunnen zij een hoger bedrag in rekening brengen dan bij het plaatsen in 1 zitting. Om deze ‘prikkel’ zoveel mogelijk tegen te gaan, heeft de NZa de tarieven van deze prestaties aangepast, zodat de méér-omzet van het plaatsen in 2 zittingen minder groot is.
Daarnaast past de NZa de regels aan voor het declareren van materiaal- en techniekkosten. Op dit moment geldt bij vaste apparatuur de regel dat orthodontisten alle gebruikte materialen tegen kostprijs in rekening mogen brengen.
De NZa kreeg signalen dat de regels hiervoor verschillend werden geïnterpreteerd. Daardoor was het voor de patiënt onduidelijk waar hij voor betaalde. Dit vindt de NZa dat de consument goed geïnformeerd moet zijn over verschillende mogelijkheden en financiële consequenties om een goede afweging te kunnen maken.
(Bron: NZa, 13 oktober 2015)