Parodontitis versnelt cognitieve achteruitgang bij Alzheimer
Onderzoek wijst opnieuw uit dat parodontitis is geassocieerd met toenemende ernst van dementie en een snellere cognitieve achteruitgang bij patiënten die al Alzheimer hebben.
In het onderzoek, uitgevoerd door King’s College in Londen en de Universiteit van Southampton, werden 59 niet-rokende ouderen (gemiddelde leeftijd 77,7 jaar) met milde tot gematigde dementie geïncludeerd. De patiënten hadden nog minimaal 10 gebitselementen en hadden de afgelopen 6 maanden geen behandeling tegen parodontitis ondergaan. Aan het begin en eind van het onderzoek kregen ze een mondonderzoek door een mondhygiënist en werden bloedmonsters afgenomen om ontstekingsfactoren te kunnen meten.
De aanvankelijke aanwezigheid van parodontitis was geassocieerd met een 6 keer hogere mate van cognitieve achteruitgang in de onderzoeksperiode. Ook vertoonden patiënten met parodontitis een relatieve toename in het aantal ontstekingsfactoren. De onderzoekers concluderen dat parodontitis gelinkt is aan cognitieve achteruitgang bij Alzheimerpatiënten, waarschijnlijk via een mechanisme dat gekoppeld is aan de ontstekingsrespons in het lichaam.
Omdat dit slechts een klein aantal patiënten betrof, houden de onderzoekers een slag om de arm: de resultaten moeten nog bevestigd worden in een groter cohortonderzoek. Daarnaast zijn de mechanismen hoe parodontitis de cognitie beïnvloedt nog lang niet duidelijk en zouden ook andere factoren een rol kunnen spelen. Het huidige bewijs geeft echter voldoende aanleiding om te onderzoeken of parodontale behandeling een positieve invloed zou kunnen hebben op de behandeling van dementie en Alzheimer.
Het onderzoek, getiteld ‘Periodontitis and cognitive decline in Alzheimer’s disease’, werd 10 maart online gepubliceerd in PLOS ONE.
(Bron: Dental Tribune, 22 maart 2016)