Tandzorg hoort in basisverzekering
De discussie tussen patiënt en tandarts over de kwaliteit die de patiënt zich kan permitteren moet worden gevoerd in de Tweede Kamer en niet in de behandelkamer, zegt prof. dr. Albert Feilzer, decaan van ACTA, in een interview met tandarts.nl. Hij trekt een parallel met andere vakgebieden in de gezondheidszorg. “Stel dat iemand een kunstknie nodig heeft, waarbij de behandeling € 3.000 kost. Als de orthopedisch chirurg dan vraagt of de patiënt dat kan betalen en het antwoord luidt negatief, dan zal de orthopedisch chirurg niet zeggen: dan amputeren we je been!”. Feilzer is van mening dat het grootste deel van de mondzorg niet afhankelijk mag zijn van de financiële mogelijkheden van de patiënt en daarom in de basisverzekering hoort. Hij vindt de discussie daarover onbehoorlijk. “De patiënt kan een behandeling van € 800 bij de tandarts niet betalen, maar een dag later krijgt dezelfde patiënt een harttransplantatie van € 20.000 voor niets. Tandheelkunde is net zo duur als huisartsgeneeskunde en kan prima voor 100% in de basisverzekering.”
Het beroep dat nu op de patiënt wordt gedaan om tandartsbehandelingen zelf te betalen, is te groot, aldus Feilzer.
“Een groot deel van de bevolking kan een dergelijk risico niet dragen. Een ander groot deel van de bevolking houdt geen rekening met een dergelijk risico. Men vraagt mij vaak of men zich aanvullend moet verzekeren voor de tandarts en of men dan de kosten er uit haalt. Mijn tegenvraag is dan of men de brandverzekering er al uit heeft gehaald. Een verzekering beoogt het risico weg te nemen voor schade waar je van wenst dat die je nooit overkomt. Tandartskosten zal men altijd maken.”
(Bron: tandarts.nl, maart 2015)