Binnen de cardiologie zijn het afgelopen decennium belangrijke ontwikkelingen geweest op (farmaco)therapeutisch gebied. De toepassing van farmaca gericht op intensieve remming van bloedplaatjesaggregatie na een percutane coronaire interventie met inbrengen van een stent heeft een grote vlucht genomen. Bij een bloedige tandheelkundige ingreep is bij patinten die een dergelijke interventie hebben ondergaan, het staken van cardiovasculair werkzame geneesmiddelen vaak niet wenselijk.Hetzelfde geldt ook voor het staken van orale antistolling bij patinten met een mechanische kunstklep. Staken van de bloedplaatjesaggregatieremmers of orale antistolling kan leiden tot een (recidief) trombo-embolische gebeurtenis. Er wordt geadviseerd vr een bloedige ingreep contact op te nemen met de arts van de trombosedienst over de streef-INR-waarde.De gebruikelijke endocarditisprofylaxe dient ook te worden toegepast. Ter voorkoming van plotse dood bij hartfalen en/of hartritmestoornissen dragen steeds meer patinten een implanteerbare cardiale defibrillator.Deze is ongevaarlijk voor behandelaars.
In recent years much progress has been made in the treatment of acute coronary syndromes, heart failure and cardiac rhythm disturbances. Polypharmacy including two antiplatelet drugs (aspirin and clopidogrel) is common in many patients after a percutaneous coronary intervention using a stent. Discontinuation of these drugs for invasive dental treatment may result in coronary rethrombosis. However, in many patients with coronary artery disease, a temporal pause in the use of aspirin appears safe and may decrease the risk of bleeding after a dental procedure. An increasing number of patients with heart failure and/or life threatening rhythm disturbances receive an implantable cardioverter defibrillator (ICD). Such a device, equipped with a left ventricular lead, also stimulates the left ventricle in case of delayed electrical conduction (e.g. a left bundle branch block). This so called cardiac resynchronization therapy decreases morbidity and mortality in selected patients. ICDs are safe in the dental office even in case of discharge. In patients with prosthetic heart valves, endocarditis prophylaxis according to the current guidelines is recommended before invasive dental treatment. Dentists are advised to contact the Dutch Thrombosis Service to discuss the dose of oral anticoagulants and the required INR value. In case of urgent and/or extended dental procedures, admittence to a hospital must be considered to secure optimal therapy.
Auteur(s) |
J. Brügemann
I.C. van Gelder J. van der Meer F. Zijlstra |
---|---|
Rubriek | Medisch |
Publicatiedatum | 1 februari 2006 |
Editie | Ned Tijdschr Tandheelkd - Jaargang 113 - editie 2 - februari 2006 ; 075-81 |
Er zitten geen programma's in het winkelmandje