Tongbeslag, parodontitis en gingivitis zijn de belangrijkste oorzaken van orale halitose. In dit artikel wordt een onderzoek gepresenteerd naar het effect van individuele initiële parodontale behandeling op orale halitose, 3 maanden na beëindiging van de behandeling.
Participanten werden geworven in de kliniek voor mondzorgkunde, op informatieborden en op de website van de universiteit van Kristiansand in Zweden. Inclusiecriteria waren: minimaal 20 gebitselementen, orale halitose, organoleptische score van minimaal 2, halimeterscore groter dan 110 ppb, bloedingsindex van minimaal 30% en minimaal 4 gebitselementen met parodontale pockets van minimaal 4 mm. Exclusiecriteria waren: extraorale halitose, parodontale pocket dieper dan 7 mm, open cariëslaesie, zwangerschap, hyposialie-inducerende medicatie en antibioticumgebruik in de voorafgaande maand. Geselecteerd werden 68 volwassenen. Nadat ze de gebruikelijke instructies hadden gekregen waaraan men zich moet houden voorafgaand aan een onderzoek naar halitose, werden de volgende orale metingen verricht: organoleptische score, halimetrie, gaschromatografie, tongbeslag-index volgens Winkel, bloedingsindex en pocketdiepte. Vervolgens kregen zij standaard instructies over mondverzorging tijdens de onderzoeksperiode en individueel toegesneden initiële parodontale behandeling. Drie maanden later werden de orale metingen opnieuw verricht. De uitgevoerde behandeling werd op individueel niveau als effectief tegen halitose beoordeeld als de halimeterscore kleiner was dan 110 ppb, de concentraties diwaterstofsulfide en methylmercaptaan in uitademingslucht kleiner waren dan respectievelijk 112 en 26 ppb, de bloedingsindex kleiner was dan 20% en het aantal parodontale pockets met een diepte van 4 tot 6 mm was gereduceerd.
De initiële parodontale behandeling zorgde in de totale groep voor een statistisch significante verlaging van de organoleptische score, de halimeterscore, de concentratie van methylmercaptaan in uitademingslucht, de bloedingsindex en het aantal parodontale pockets met een diepte van 4 tot 6 mm. Voor de helft van de participanten bleek de behandeling op individueel niveau effectief tegen halitose.
Individuele initiële parodontale behandeling bewerkstelligde na 3 maanden voor de gehele groep participanten een gunstig effect op 3 halitosevariabelen, maar op individueel niveau viel het effect op orale halitose tegen.
Auteur(s) | C. de Baat |
---|---|
Rubriek | Excerpten |
Publicatiedatum | 8 september 2017 |
Editie | Ned Tijdschr Tandheelkd - Jaargang 124 - editie 9 - september 2017; 459 |
Er zitten geen programma's in het winkelmandje