Langetermijnonderzoek aan de universiteit van Nijmegen naar de stabiliteit van een orthodontische behandeling tot tien jaar na beëindigen van de retentiefase laat zien dat de eerste twee jaar na afloop van de retentie bijna 50% van de totale relaps plaatsvindt. Daarna treedt een zekere stabiliteit in, behalve voor de positie van het onderfront. Tien jaar na retentie is de positie van de onderincisieven zelfs slechter dan voor de behandeling. Deze veranderingen in de positie van de onderincisieven zijn het gevolg van relaps en van normale fysiologische veranderingen die met het ouder worden gepaard gaan. Dit roept de vraag op of het zinvol is crowding van het onderfront te (her)behandelen. Relaps van het onderfront kort na de orthodontische behandeling kan onder meer hersteld worden door de getroffen gebitselementen met een draadligatuur naar de C-C bar te binden, een springretainer te gebruiken of opnieuw vaste apparatuur toe te passen. In alle gevallen dient de C-C bar daarna zekerheidshalve op alle gebitselementen te worden vastgezet. Veranderingen in de stand van het onderfront op oudere leeftijd vergen, indien behandeling door de patiënt gewenst wordt, vaak een uitgebreidere behandeling.
Research into the long-term stability of orthodontic treatment at the University of Nijmegen (the Netherlands) until 10 years after retention has shown that nearly 50% of the total relapse takes place the first two years after retention. After that period certain stability is reached except for the lower front teeth. Ten years after the retention phase their position is even worse than at the start of treatment. The changes in lower front teeth alignment are the result of relapse, but also of normal physiological changes during ageing of the dentition. Therefore it is questionable whether late mandibular incisor irregularity should be (re)treated. Relapse of mandibular incisor alignment shortly after debonding can be restored by tightly tying the rotated incisor(s) to the C-C bar with a steel ligature, by using a springretainer or by rebonding of brackets to the lower front teeth. After correction of the incisor position the C-C bar should be bonded to all lower front teeth. (Re)treatment of mandibular incisor irregularity at an older age asks for more complicated treatment mechanics.
Auteur(s) | A.M. Kuijpers-Jagtman |
---|---|
Rubriek | Onderzoek en wetenschap |
Publicatiedatum | 1 februari 2002 |
Editie | Ned Tijdschr Tandheelkd - Jaargang 109 - editie 2 - februari 2002 ; 042-46 |
Er zitten geen programma's in het winkelmandje