Patiënten met het syndroom van Ellis-Van Creveld zijn kort van lichaamslengte, waarbij opvalt dat de lengte en de vorm van hun extremiteiten afnemen en vervormen van proximaal naar distaal. In hun gebit bestaat er een sterk verbreed en verkort bovenlipbandje waardoor er een defect ontstaat in de bovenlip. Het aantal gebitselementen in de blijvende dentitie, voornamelijk in het bovengebit, is beperkt. Soms is sprake van overtallige tanden. Ook de vorm van de tanden is afwijkend, veelal gereduceerd. Met behulp van kaakchirurgie is het lipbandje te corrigeren. Door de tandarts kan vervolgens de boventandenrij worden opgeknapt met veneers en etsbruggen.
Patients with the Ellis-Van Creveld syndrome have a short stature. The extremities are often plump and markedly shortened, progressively from the trunk to the fingers and the toes. A bilateral postaxial sixth finger is frequent. The most striking and consistent finding in the mouth is fusion of the middle part of the upper lip to the labial sulcus, resulting in a so-called ‘whisling deformity’. Congenitally missing teeth, particularly in the frontal region, are a constant finding too. Teeth are usually small and have conical crowns. Supernummer teeth have also been noted. The oral and maxillofacial surgeon will treat the hypertrophic upper frenulum; the dentist will treat the oligodontia of the frontal region and the conical crowns by means of laminated veneers and etch composite bridgework.
Auteur(s) |
J.A. Baart
J.M. van Hagen |
---|---|
Rubriek | Onderzoek en wetenschap |
Publicatiedatum | 1 juni 2000 |
Editie | Ned Tijdschr Tandheelkd - Jaargang 107 - editie 6 - juni 2000 ; 241-243 |
Er zitten geen programma's in het winkelmandje